JUNO: ‘Ik hunker naar fame. Stardom!

Tekst Georgette - Ruud Janssen Fotografie - Sandra Govers - voor Ellis Faas Cosmetics – Make-up & Haar

‘Ja, het gaat goed!’, roept Juno Dijkshoorn. ‘Mijn borsten zijn alweer twee cupmaten gegroeid. Daar móet ik mee rondbanjeren door Amsterdam. Hier thuis op Terschelling is er voor mensen zoals ik geen markt en een relatie zou ik leuk vinden.’

Drie jaar geleden ontmoette ik Juno voor het eerst. Ze was de make-upartist bij een fotoshoot voor Mirror Mirror. Sindsdien houden we contact. Ik ging haar volgen op sociale media. Afwisselend zag ik gezellige strandbeelden en wilde video’s, gefilmd in het Amsterdamse nachtleven met een extravagante Juno als performer, host of dj. Wulpse mond, scherpe jukbeenderen, benen tot onder de oksels. Zelfspot. Altijd in full make-up, met het liefst zo weinig mogelijk textiel om haar slanke, nog borstloze lijf. En altijd die fiere zelfverzekerde blik. 

Juno (25) was tijdens onze eerste ontmoeting ‘officieel’ nog niet in transitie. Onofficieel had ze zich, door de onweerstaanbare drang naar borstgroei, illegaal laten injecteren met hormoonspuiten door een dokter op de Amsterdamse Wallen.

Over transpersonen en hun transitieproces bestaan dramatische verhalen – over  uitsluiting, discriminatie, het dealen met onlogische regels en ander zichtbaar en onzichtbaar leed. Zo’n verhaal wordt dit niet. Willen we niet. Natuurlijk de weg die Juno aflegt is soms bumpy. ‘Ik heb dagen dat ik wakker word en denk: God wat ben ik toch een lekker wijf! Maar laatst was ik op het strand, mijn zus nam foto’s van mij, allemaal heel knap. Op ééntje na, met mijn gezicht in een niet zo flatterende hoek, dan zie ik toch een man. Van zoiets kan ik onzeker worden.’ Ongeduldig, maar dapper, heeft ze de beruchte ellenlange genderpoli-wachtlijsten doorstaan, net als het jarenlange hopen op het groene transitie-licht.

Instagram. Mei 2014. Ze post een foto van Juno als ze nog lang geen Juno heet. Vrolijk, een jaar of zes oud, de mond beklad met lipstick, rode konen. Juno’s Insta-commentaar uit 2014: ‘Dit verklaart een hoop!’ Juno herinnert zich het moment dat de foto werd genomen. ‘Samen met mijn zusje speelden we met make-up van mijn moeder.’ Als iets later haar zus voor een dorpsfeest een oranje jurkje krijgt, voelt haar vader dat hij ook Juno een plezier doet met een jurk. ‘Hand in hand liep ik met mijn zusje in hetzelfde jurkje door het dorp.’ Later zegt Juno’s moeder op een dag: ‘Als je zusje later borsten krijgt, en jij wil die ook, dan moet je het zeggen.’ Geweldige moeder. Als Juno zich als tiener gaat opmaken, koopt vader oorbellen. Geweldige vader. ‘Zij hadden een vooruitziende blik’, zegt Juno. ‘Zelf kwam ik er pas veel later achter dat ik me geen 100% jongen voelde.’

Juno is geboren op Terschelling, een besloten gemeenschap waar de meeste mensen elkaar kennen. Als kind heeft ze een fantastische tijd op het eiland. Vaak gaat ze op avontuur de bossen in, struinen door de duinen. Zorgeloos.

In groep acht verandert er iets. Terwijl vriendjes het motorcrossen ontdekken, krijgt Juno interesse in make-up. ‘Langzamerhand voelde ik mezelf buiten de groep vallen, had steeds minder vriendjes en vriendinnetjes. Ik trok me thuis terug, was blij met mijn iMac waarop ik de hele dag modeshows kon kijken met modellen als langbenige gazelles. Een echt rolmodel had ik niet, tot ik in 2015 de Vanity Fair zag met Caitlyn Jenner op de cover. Dat gaf de doorslag. Het klinkt misschien héél raar, maar eerder had ik nooit bewust nagedacht over wat ik wilde zijn.’

Vanaf haar zestiende wil ze van haar jongensnaam niets meer weten. Browsend door de mythologie, valt haar oog op Juno: godin van de hemel. Vaak afgebeeld met een pauw. Dat trotse zit er dan al in. ‘Juno,’ zegt ze, ‘dat klinkt larger dan life!’

De middelbareschooltijd verloopt ondertussen rommelig. Met de hakken over de sloot haalt ze haar VWO-diploma. Daarna is de lust om te studeren weg. Wilde ze als kind eerst professor worden, zonder te snappen wat dat inhoudt, later wisselen de ambities elkaar af – van architect tot modeontwerper. Lachend: ‘Uiteindelijk ben ik dat allemaal niet geworden. Ik ben wel een vrouw geworden.’  

Vorig jaar oktober krijgt Juno groen licht van het Amsterdam UMC, waar ze jaren geleden haar eerste afspraak had. Dat was nadat ze die illegale hormonen had laten inspuiten. ‘Op dat moment kon ik voor mijn gevoel niet langer wachten. Tegenwoordig is bij kinderen genderdysforie [mensen bij wie het gender niet past en die hier last van ondervinden, red.] steeds normaler. Ik realiseerde het me pas ‘laat’. Ook kon ik het voor mezelf heel lang laten ‘werken’. Ik was niet obsessief bezig met mijn transitie. Mijn bouw was iel, smal. Maar na de puberteit volgde de adolescentie die als een golf met hormonen aan de gang gaat. Vandaar dat ik op mijn achttiende pas voor het eerst de huisarts bezocht.’

De onrust slaat toe op Juno’s twintigste: ‘Mijn lichaam ontwikkelde zich tot man, met baardgroei, toen ik dat zag, wist ik, nee dit wil ik niet!’ De huisarts verwijst haar door naar het ziekenhuis: de wachtlijst is drie jaar. Ze kijkt met gemengde gevoelens terug op de vele intense bezoeken aan gender-psychiaters die volgen. Om elk spoor van transitie-twijfel uit te sluiten, wordt iedereen zorgvuldig gescreend voor een psychische diagnose. Ze doorstaat eindeloze diagnostische tests met vragen als: ‘Stel je verliest bij een auto-ongeluk je geslacht, zou je dat erg vinden?’ Juno: ‘Antwoord daar maar eens op!’ Ook moet ze drie jaar lang vele gesprekken voeren, maandelijks, soms met langere tussenpozen. Met als terugkerende vraag: blijft ze bij haar beslissing? ‘Tijdens elk gesprek hoopte ik dat ik was aangenomen als patiënt. En dan werd ik weer weggestuurd met een dooie mus.’

Tot die ene dag in oktober 2021: de toestemming voor geslachtsverandering is opeens een feit. ‘Alles werd anders. Ik kon alle medicijnen krijgen die ik wilde, haren weg laten laseren, eventueel een operatie-traject starten, mijn paspoort aanpassen.’

Ze slikt sindsdien hormonen en testosteronblokkers en twijfelt over een ingrijpende gezichtsoperatie. Wel of niet bot van haar voorhoofd operatief laten afschaven, toch maar botox laten injecteren voor een zachtere vorm? Om te voorkomen dat ze zich gek laat maken, of beïnvloeden, volgt ze op Instagram geen mensen meer die zo’n gezichtsoperatie hebben ondergaan. ‘Dat was een advies van iemand, om als het ware niet gehersenspoeld te raken. Bij elke keuze die ik maak houd ik in mijn achterhoofd: wil ik me conformeren of wil ik dit echt zelf?’

Het neemt niet weg dat bepaalde overwegingen constant door Juno’s hoofd malen. Zeker is dat ze geen vaginaplastiek hoeft, een geslachtsaanpassende operatie voor een transvrouw. ‘Niet alleen omdat het me een enorme slachtpartij lijkt, maar vooral omdat het in de slaapkamer niet uitmaakt. Vroeger, zo leefde het idee, was je pas vrouw als je geopereerd was. Dat is anno 2022 gelukkig aan het veranderen.’

Juno is ‘ongelofelijk blij’ met haar mooie borsten, of ‘tieten’ zoals ze zelf altijd zegt. Ze toont ze graag. ‘Ken je Zubrowka International? [Een legendarische trans-icoon/muze/dj uit het nachtleven, red.] Zij heeft dat ook heel erg, dat trotse we hebben borsten! Dus laten we ze zien ook.’

Vervelende blikken, lelijke reacties? ‘Iemand moet wel echt keihard iets naar mijn kop schreeuwen wil ik dat sowieso doorhebben. Ik ben er niet mee bezig, let er niet op. Al kan ik me voorstellen dat transmensen de deur niet uit durven, maar als je als slachtoffer op straat gaat lopen, dan word je dat ook.’

Wat zeker zo is, zegt ze, is dat het in het in het dagelijkse leven moeilijk is om gelijkgestemde mensen te ontmoeten. Net als Zubrowka werkt Juno om die reden in het nachtleven, de enige plek waar transmensen volop worden geaccepteerd. ‘Ja, het werk bevalt, maar ik ga niet meer weekends ergens aan een deur staan, ik wil een creatievere rol.’ Voor Oerol, het tiendaagse jaarlijkse festival op haar Terschelling, hostte ze elke avond een clubfestival. Voor het Amsterdamse Milkshake organiseerde ze de afterparty, bedacht de bijbehorende campy poster waarop ze zelf poseert in full make-up. ‘Mezelf opmaken vind ik zalig. Ik ken mijn eigen gezicht en kan het helemaal prachtig maken. Ja, make-up is heel belangrijk voor me, het liefst draag ik het altijd, al is het niet zo dat ik zonder de straat niet op ga.’

Hoewel opgeleid als make-upartist, past Juno haar skills beroepsmatig liever niet meer toe, simpelweg omdat ze geen zin meer heeft in het telkens weer uitvoeren van de meest gevraagde, in haar ogen de saaiste, make-uplook: naturel. Maar bovenal past de ondergeschikte rol van make-upartist niet bij haar persoonlijkheid. Want waarom als make-upartist andere mensen make-up opsmeren, als je eigenlijk liever zelf de ster bent? Juno: ‘Ik hunker toch wel naar fame. Stardom!’ Het probleem hierbij onderkent ze. ‘Hoe en waarmee ze beroemd wil worden? Oeeh, dat vind ik zo moeilijk. Ik timmer niet hard aan de weg om beroemd te worden. Mocht het er van komen, dan in elk geval voordat ik helemaal in de kreukels lig.’

Ouder worden benauwt haar. ‘Ja, als ik daar aan denk word ik heel onrustig.Maar ik probeer het in mijn hoofd een positieve draai te geven. Ik heb met mezelf afgesproken dat ik op een coole manier oud wil worden. Ik ga het leven tot mijn dood helemaal rocken.’ IG @junodijkshoorn

Het aantal transpersonen is de afgelopen 15 jaar sterk gegroeid. Meer mensen kiezen tegenwoordig voor een transitie naar transman dan naar transvrouw. Vroeger was dat omgekeerd.

Elf jaar geleden telde Nederland volgens het CBS 850 transpersonen. Het ging daarbij om de mensen die sinds 1995 bij de rechtbank hun genderwijziging hebben vastgelegd. Daarvan was 62 procent transvrouw, en 38 procent transman. De meesten zijn van middelbare leeftijd en een op de drie is gehuwd. Men woont vooral in stedelijke gebieden en veertig procent heeft een hoge opleiding, aldus het CBS.

Bij een telling in 2018 blijkt het aantal flink gestegen. In deze nieuwste telling komt het CBS op 3.750 transpersonen, van wie 2.090 transvrouw en 1.660 transman.

Opvallend is dat de laatste jaren er voor het eerst meer mannen dan vrouwen bijkomen. De groei van het aantal transpersonen was sinds 2015 zo’n 500 tot 700 per jaar. Als die groei niet versneld is, zullen er nu in Nederland in totaal zo’n 5.000 transpersonen zijn.

Deze cijfers zijn natuurlijk onder voorbehoud, want er zijn andere genderdefinities en tellingen mogelijk. Maar de door het CBS gebruikte cijfers van de rechtbank zijn wel de meest ‘harde’ die beschikbaar zijn. Sommigen noemen de CBS-cijfers ‘het topje van de ijsberg’. Daarop zouden ook de huidige wachtlijsten voor transgenderzorg kunnen wijzen, die zijn de laatste drie jaar gestegen van 2.500 tot 7.700 personen nu, schreef NRC in juni dit jaar.

Vorige
Vorige

VIOLETTE: "‘Ik ben erg action driven, doorgaan!"

Volgende
Volgende

VINTAGE EVENTS IN DECEMBER