R.I.P DAME MARY QUANT (93)
R.I.P DAME MARY QUANT (93)
Toen de minimode in 2007 een comebackje maakte zocht ik voor Elsevier grondig uit wie de uitvinder was de minirok. De Britse Mary Quant of Franse André Courrèges?
Van hip en hockey tot hoerig. Ruim zestig jaar geleden gaf de minirok een impuls aan de vrouwenemancipatie. In onze tijd heeft het kledingstuk veel van haar glans verloren.
Er is een wonderlijke modewet: staat het consumentenvertrouwen op instorten, dan zakken de zomen. Gaat alles economisch crescendo dan vliegt de rokzoom mee omhoog.
De opkomst van de minimode in de jaren zestig liep synchroon met een jubelende economie die tien jaar later als een soufflé inzakte met tot voorbij de knie vallende zomen als gevolg. De hippies die eind jaren zestig al lange jurken aantrokken, waren een voorbode van de slechte tijden die in 1973 na de oliecrisis aanbraken.
De Amerikaanse modewetenschapper Harold Koda ziet het zo: “Als mensen aangeslagen zijn en lijden aan een groeiend pessimisme over de toekomst, dan is er de neiging om te verhullen, wat zich kan uiten in lange mouwen, hogere halslijnen, lange rokken.” Dat klinkt plausibel. Want kijk nu: op de internationale catwalks is oversized alweer seizoenen de trend, net als beenbedekkende pantalons en verhullende hoodies.
Hoe anders was het in de jaren zestig met de minirok als bijdrage aan de vrouwenemancipatie en de Britse krant The Sunday Times die 1963 uitriep tot ‘Het Jaar Van Het Been’. Nooit eerder in de geschiedenis was er zoveel vrouwenbeen te zien. Ook in Nederland zetten vrouwen de schaar in de rok. Zelfs koningin Juliana miste de trend niet die was ingezet door de Britse Mary Quant, of was het nou de Fransman André Courrèges? In een modieuze Frans-Britse oorlog claimen de Fransen nog steeds dat hun landgenoot als eerste de rokzoom verhoogde. In de Britse modeboeken wordt de minirok steevast toegeschreven aan hun landgenoot Quant. Toen de minimode in 2007 een comebackje maakte zocht ik het eens grondig uit.
Mary Quant toen 78 en de in 2016 overleden André Courrèges was destijds 77 jaar oud. Volgens zijn echtgenote Coqueline Courrèges ging praten hem moeilijk af. Maar Madame wist alles van het onderwerp. Sterker nog: ze was naar eigen zeggen de eerste draagster van de minirok die ze had vernoemd naar haar auto, een Mini Cooper. Op mijn vraag uit welk jaar Courrèges’ minirok dateerde, kwam Coqueline met een onverwacht, maar logisch betoog waarin een exact jaartal ontbrak. Volgens Coqueline werd al sinds de jaren vijftig gezocht naar een ontwerp waarin vrouwen goed konden lopen. “De broek kwam eerst, want de benen zijn als een passer”, legde ze beeldend uit. Ze bedoelde als je de benen spreidt, dan opent de passer zich als het ware. “De rok, of die nu reikt tot de grond of halverwege de kuit, zit die passer in de weg. Als ontwerper moest je dus boven het gewricht, ofwel de knie, gaan zitten, en daarna verder omhoog richting kruis. “Dat is heus niet allemaal in een keer zo gekomen”, zei Coqueline.
Later las ik dat Coqueline Courrèges begin jaren zestig in Londen op een congres sprak waar Mary Quant in de zaal zat. Madame Courrèges droeg toen een minirokje. Aha, antwoordde Mary Quant daarom zo ontwijkend op mijn brandende minirokvragen? Quant begon met een sneer richting Parijs. “De meisjes in Londen hadden in elk geval mooiere benen, en in Londen werkten de beste fotografen zoals David Bailey.”
Op basis van de Britse en Franse verklaringen trok ik een conclusie: eerste of niet, Londen is dé geboorteplaats van de mini. Want hoewel couturier Courrèges de minirok als eerste op de Parijse catwalk showde, maakte Quant de minimode wereldwijd populair (en betaalbaar) met als model de sprietige, petieterige en sproetige Twiggy die uitgroeide tot hét modegezicht van de jaren zestig.
Via de populaire televisieserie De Wrekers maakten Nederland in jaren zestig kennis met de kortgerokte durfal Emma Peel, gespeeld door actrice Diana Rigg. De microrokjes van Jane Fonda in onder andere de sciencefictioncultfilm Barbarella, staan eveneens gegrift in menig collectief geheugen.
Eind jaren zestig werd de korte hotpants een alternatief voor de minirok. Het broekje deed er langer dan de minirok over om een breed publiek te bekoren, maar in de hete zomers van begin jaren zeventig wemelden de straten ervan. Hotpants waren even populair als de nieuwe midimode (toch een stap terug) en de enkellange maximode, beide logische reacties op de uitgemolken minimode.
Begin jaren tachtig herleefde de minimode dankzij de komst van nieuwe stretchstoffen. Couturier Azzedine Alaïa – beter bekend als The King of Cling - verwerkte die stoffen op zijn strakst. Hij liet mini dragen met breed geschouderde jasjes, afgestyled met hoge naaldhakken. Dat klinkt niet alleen ordinair, dat was het ook.
Zo’n maatschappelijke hype als in de sixties waarin de minirok opzien baarde als het ‘uniform van de seksuele revolutie’, zal het kledingstuk nooit meer worden. Daarvoor hebben we in het westen te veel vrijheid veroverd. Van bijna zichtbare billen kijken wij hier niet meer op, al zijn er nog te veel landen in de wereld waar je de vrouwen zo’n bevrijding gunt.
Door Georgette Koning - voor Elsevier. Quoten met mijn naam mag, collega’s ;)